Is het nieuwe federale kernkabinet ‘een boys’ club’ met bredere gevolgen?

Samenvatting

Meyrem Almaci bekritiseert de volledig mannelijke samenstelling van het federale kernkabinet (premier, Kamervoorzitter, vijf vice‑premiers én kernkabinet) en wijst op een onevenwicht van 4 vrouwen op 15 ministers (15 leden). Ze noemt de 25 % besparing op Unia en de geplande audit van het IGVM door het Rekenhof, de onduidelijkheid over het uniformbeleid en hoofddoeken (niet gespecificeerd in de regeerakkoorden) en de herschikking van pensioenen die vrouwen harder treft door deeltijdwerk (Belgisch gender‑pensioen­gap ca. 25 %) :. Ook is er in het regeerakkoord een kader voor de annualisering van arbeidstijd tegen juni 2025 :, terwijl de kinderopvangcapaciteit nog steeds krap is ondanks plannen voor 10.000 extra plaatsen en een recente uitspraak dat voorrang voor werkende ouders deels ongeldig is verklaard.

De Bewering

“Een regering van zelfverklaarde sterke mannen, voor zelfverklaarde sterke mannen… all‑male kernkabinet… onevenwicht van 4 vrouwen op 11 mannen… 25 % Unia‑budget, Rekenhof‑audit IGVM, uniform‑en hoofddoekonduidelijkheden… pensioenen duperen vrouwen… annualisering arbeidstijd leidt tot burn‑outs… gebrek aan kinderopvang.”
– Meyrem Almaci, mei 2025

De Feiten

1. All‑male kernkabinet

   • De kerngroep (premier, Kamervoorzitter en vijf vice‑premiers) is volledig mannelijk samengesteld.
   • In het volledige kabinet (15 ministers) zijn er 4 vrouwen en 11 mannen.
   • Er zijn geen ministers met een expliciet diversiteitsprofiel benoemd.

2. Unia‑budget en IGVM‑audit

   • De financiering van het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding (Unia) wordt met 25 % verlaagd.
   • Het regeerakkoord vermeldt expliciet een audit van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen (IGVM) door het Rekenhof.

3. Uniformbeleid en hoofddoeken

   • Het regeerakkoord bespreekt geen concrete richtlijnen over uniforme kleding of religieuze hoofddoeken voor federaal personeel; details blijven onduidelijk.

4. Gender‑pensioenkloof

   • België kent een gender‑pension‑gap van circa 25 %, deels veroorzaakt door hogere deeltijdpercentages onder vrouwen.

5. Annualisering arbeidstijd

   • De coalitie wil een wettelijk kader invoeren voor de annualisering van werkuren (‘accordion‑schema’s’) vóór 30 juni 2025, mits overleg met sociale partners.

6. Kinderopvangcapaciteit

   • Vlaanderen investeert in 10.000 extra opvangplaatsen, waaronder 850 in Brussel, maar er blijft een tekort en ongelijkheid bestaan.
   • De Constitutional Court oordeelde dat de voorrang voor werkende ouders in sommige gevallen discriminerend was en deels ongeldig.

Analyse

De meeste punten van Almaci zijn feitelijk correct: het kabinet is inderdaad een “boys’ club” met een duidelijke gender‑ongelijkheid, Unia en IGVM staan onder aanzienlijke budgettaire en audit‑druk, er is géén uniform‑en hoofddoekbeleid uitgewerkt, en structurele hervormingen in pensioenen, arbeidstijd en kinderopvang zijn in uitvoering of discussie. De bewering over burn‑outs door annualisering en de maatschappelijke impact van het tekort aan opvangplaatsen berust op prognoses en zorgen die veel stakeholders delen, maar vereisen nog uitvoering en effectmetingen.

Conclusie

De bewering van Meyrem Almaci is mostly-true. De feitelijke cijfers over genderverdeling, Unia‑budget, IGVM‑audit, gender‑pensioenkloof, werkhervormingen en kinderopvangcapaciteit zijn juist, terwijl de uniform‑hoofddoekkwestie en toekomstige maatschappelijke effecten nog subjectief en in ontwikkeling zijn.